Rijden van Zabljac naar Baai van Kotor
Het regent, o wat regent het,
We horen het in ons warme bed.
Het klinkt wel knus, dat gekletter boven ons hoofd in de camper maar de regen zorgt deze zaterdagmorgen voor een lelijke streep door onze plannen om naar en bij het Zwarte Meer in het Nationaal Park te gaan wandelen. En chauffeur Danilo heeft het ons gisteren nog zo aanbevolen!
Dag 30 20 juni
Het Zwarte Meer ligt vanuit camping Kod Boce gezien een eindje door Zabljac heen, vlakbij het Informatiecentrum van het Nationaal Park. We vermoeden dat er vanuit de camping ook een doorsteek mogelijk is. Wandelen door bos en over onverharde paden met deze stortregen lokt echter niet De lucht is en blijft grijs en grauw en ook voor morgen zijn de vooruitzichten niet beter. Wachten op beter weer duurt dus te lang en met spijt in het hart besluiten we op te breken en richting kust te rijden.
De route van deze camperrit gaat van Zabljac via Savnik naar Niksic Daarvandaan westwaarts en vervolgens naar het zuiden, naar Morinj aan de Baai van Kotor. Het blijkt een uitstekend berijdbare weg, die vier jaar geleden in keurig geasfalteerde vorm is klaar gekomen. We begrijpen niet goed hoe Montenegro dit met zijn minder dan een miljoen inwoners voor elkaar heeft gekregen maar maken er dankbaar gebruik van. De weg kent één lange, onverlichte, tunnel en rond Savnik de in deze streek onvermijdelijke haarspeldbochten. Het hele traject is 142 kilometer lang en daar doen we zo’n 3,5 uur over.
We vinden onderdak op Camping Naluka in Morinj. Het weer is hier inderdaad beter. We wandelen wat rond en houden verder een rustige middag.
Gereden: 142 kilometer
Weer: Regen en bewolkt, later opklaringen. 's Nachts hevig onweer
Baai van Kotor
Dag 31 21 juni
We laten ons weer rijden vandaag. Ditmaal door het openbaar vervoer. Op zondag rijdt er iedere twee uur (doordeweeks ieder uur) een busje over de smalle weg langs de baai van Kotor naar de gelijknamige plaats. Het is een leuke rit van zo’n drie kwartier, waarbij we vanuit de bus een prachtig zicht hebben op het water van de baai en de omliggende bergen.
De baai wordt ook wel de zuidelijkst gelegen fjord genoemd. Afdalend vanuit de bergen gisteren drong inderdaad de vergelijking met de Geirangerfjord in Noorwegen zich even op, inclusief een cruiseschip.
|
Langs de Baai van Kotor |
Het busje rijdt door leuke plaatsjes als Risan en Perast, waar het op de terrassen langs het water deze zondagmiddag gezellig druk is.
Nog drukker is het in Kotor zelf, waar het busje ons aan de haven, vlakbij een van de drie stadspoorten, afzet. Bij de Informatiekiosk is een gratis plattegrond van de oude stad te krijgen.
|
Kotor - Buiten de muur is een markt |
Binnen de poorten is het druk met toeristen. Kotor is dan ook de moeite waard; de oude stad bestaat uit een wir-war van met keitjes bestrate pleintjes, straatjes en steegjes. We dwalen er langs kerken, musea en kloosters en langs de talloze winkeltjes, barretjes en restaurantjes. De lange tocht naar boven, langs de muren naar het fort, laten we aan ons voorbij gaan.
|
Stadsmuur |
|
Halverwege de weg naar het fort op de top staat nog een kerkje |
In de middag gaan we met de bus weer terug en eigenlijk hebben we dan het plan om in het gezellige Perast uit te stappen en met een latere bus verder te rijden naar de camping Voor Perast liggen enkele eilandjes, die leuk zijn om te bezoeken, denken we. Maar weer dwarsboomt het weer deze plannen; de lucht boven ons hoofd wordt bedenkelijk donkergrijs We rijden dan ook door naar de camping en daar blijkt het inderdaad al stevig geregend te hebben.
Van Baai van Kotor naar Dubrovnik
Dag 32 22 juni
Het is het voordeel van reizen met een camper: je kunt je plannen wijzigen! Ons oorspronkelijk plan is om met de pont over te steken en via de hoofdweg naar Budva te rijden en later via dezelfde weg weer terug, richting Kroatië. Volgens de campingbaas is Budva echter nauwelijks interessant en vooral druk. Het zou ons zeker tegen vallen na Kotor, zo maakt hij ons duidelijk.
|
Langs de kustweg
|
Herseq Novi
We gooien dus het roer om en rijden met de camper langs de mooie kustweg rechtstreeks naar Herceg Novi. Daar vinden we een parkeerplekje op een bewaakt parkeerterrein, net voor de Oude Stad.
|
Van de parkeerplaats kijken we op de huizen van Herceg Novi |
'De stad met de duizend trappen' is de bijnaam van Herceg Novi. Zoveel waren het er zeker niet om in de oude stad (Stari Grad) te komen, maar enige honderden treden zijn we wel afgedaald en later weer opgeklommen. Herceg Novi bleek verrassend mooi. Ook hier weer kerken aan pleintjes en nauwe straatjes met vele treden. Net als in Kotor wonen en leven er gewoon mensen in het oude stadsgedeelte. Er hangt was, er bloeien bloemen in de tuintjes.
Dat de stad een warm klimaat heeft, is te zien aan de palmen.
We brengen er gemakkelijk een paar uur door.
Daarna rijden we door, passeren de grens met Kroatië en vinden, niet ver van Dubrovnik, een plaatsje op Camping Kate in Mlini.
Gereden: 61 kilometer
Weer: Blauwe lucht, zonnig en warm